TEKENMETHODE
Welkom bij de Kunstpret Tekenmethode
Lees. Oefen. Maak. Ontdek. Ervaar. Creëer.
Met de Kunstpret tekenmethode leren kinderen op een speelse en gestructureerde manier wat échte beeldende kunst betekent. Deze methode helpt leerlingen om zich creatief te ontwikkelen, niet alleen in tekenen en schilderen, maar ook in denken en voelen. Elke les leert kinderen kijken als een kunstenaar: met aandacht, nieuwsgierigheid en lef om te experimenteren. Ze leren omgaan met tekenregels, technieken en materialen, maar ook om hun eigen keuzes te maken, te reflecteren en trots te zijn op hun groei.
De methode bestaat uit twee onderdelen:
-
Het Tekstboek
Hierin worden alle beeldelementen van de kunst stap voor stap uitgelegd, zoals lijn, kleur, vorm, ruimte, licht, compositie en textuur. Elk hoofdstuk heeft zijn eigen kleurensector, waarbij elke kleur een teken- of schilderopdracht vertegenwoordigt. -
Het Werkboek
In het werkboek oefenen leerlingen wat ze hebben geleerd. Ze passen technieken toe, experimenteren met materialen en bereiden zich voor op hun eindopdracht: een echte kunstles waarin alles samenkomt. Praktische tip: Print voor elke leerling het werkboekdocument uit. Dubbelzijdig printen mag natuurlijk, het is tenslotte een werkboek! Let wel op dat sommige tekenmaterialen kunnen doordrukken (dat mag best een beetje, dat hoort bij echt werken met materialen).
Gemiddelde tijdsduur: één opdracht per maand → 10 opdrachten per schooljaar
Zo is er voldoende tijd voor uitleg, oefening, reflectie en het creatieve proces.
Zo werk je met Kunstpret
-
Lees het tekstboek per hoofdstuk: Laat de leerlingen kennismaken met het beeldelement en de bijbehorende voorbeelden.
-
Maak de oefeningen in het werkboek: Hier oefenen de kinderen met techniek, observatie en vormgeving.
-
Voer de eindopdracht uit: Dit is de creatieve kroon op het hoofdstuk: een echte kunstles waarin kinderen alles wat ze geleerd hebben toepassen.
Doel van Kunstpret
Kunstpret stimuleert zelfvertrouwen, eigenaarschap en spiegelkracht. Kinderen leren niet alleen hoe ze moeten tekenen, maar vooral waarom ze iets maken en wat het met hen doet.
Ze ontdekken dat kunst niet om perfectie draait — maar om zien, voelen, durven en doen.

























